Manueel bumpen van gasdetectie toestellen!

In ons vorig blog hadden we het over de 4 opeenvolgende stappen voor gebruik van een gepompt gasdetectie toestel. Heb je dit artikel gemist? Lees het dan nu! Klik hier.

In het artikel van deze week lees je hoe je een gasdetectie toestel manueel kan bumpen.

 

STAP 1: Gassen vs sensoren

Om te weten welke gassen jij nodig hebt voor het bumpen van jouw gasdetectie toestel maak je best een overzicht van jouw sensoren.

Voor elke sensor heb je een referentiegas nodig.

Sommige gassen kunnen samen in een kalibratiefles. Andere reactieve gassen reageren waardoor ze niet samen in een fles kunnen (bv: Chloor, fosfine, waterstofchloride, ammoniak, …)

Heb je een toestel met vijf sensoren namelijk O2 (zuurstof), LEL, CO (koolmonoxide), H2S (waterstofsulfide) en PID? Dan heb je 2 flessen nodig. De O2, LEL, CO en H2S sensor kan je bumpen met eenzelfde fles met 4 componenten. Voor bumpen van de PID-sensor neem je een aparte fles met 100 ppm isobutyleen.

Meer over waarom bumpen van levensbelang is? Lees het hier!

 

STAP 2: Inhoud en houdbaarheid ijkgas

Voor je begint te bumpen check dan altijd de inhoud van het kalibratiegas. Bump je een toestel met het verkeerde gas, dan kan je een sensor vergiftigen of in overload laten gaan.

Heb je verschillende gassen en sensoren neem dan altijd de juiste fles voor jouw sensor. Label jouw kalibratieflessen zodat duidelijk zichtbaar is voor welk gasdetectietoestel je het gas moet gebruiken.

Zo kan het foutief bumpen van een koolmonoxide (CO) sensor met waterstof (H2) jouw sensor in no time vergiftigen. De CO sensor reageert kruisgevoelig op waterstof.

Check ook de houdbaarheid van het kalibratiegas. Is de datum overschreden neem dan een andere fles.

Wist je dat de concentratie van reactieve gassen zoals waterstofsulfide (H2S) en ammoniak kan dalen bij overschrijding van de houdbaarheid?

Een concentratie van 10 ppm H2S in de fles kan bij overschrijden van de houdbaarheidsdatum nog maar 5 ppm H2S of zelfs minder zijn.

Check ook altijd de manometer van de afsluiter om te kijken of er nog voldoende gas in de fles zit.

 

STAP 3: Responstijden

Wist je dat sommige sensoren trager reageren dan andere? Heb je een trage sensor met een responstijd van  meer dan 60 seconden, biedt dan lang genoeg gas aan.

Een ammoniak sensor reageert trager dan een koolmonoxide sensor. Biedt je maar 30 seconden gas aan bij het bumpen van een ammoniak sensor dan kan het zijn dat de sensor niet voldoende tijd heeft om te reageren.

Keur je de sensor af omdat hij niet reageert? Hij hoeft niet persé defect te zijn. Wacht lang genoeg bij het bumpen van reactieve (trage) sensoren zoals ammoniak, fosfine, chloor, …

Meer weten over het automatisch bumpen van toestellen? Dat lees je hier.

 

STAP 4: Gas dicht zetten!

Begin je net met het manueel bumpen van gasdetectie toestellen? Vergeet dan zeker niet het kraantje dicht te zetten na het bumpen van jouw gasdetectie toestel. De fles zal in korte tijd leeg zijn.

Heb je een gepompt toestel dan kan je in plaats van de standaard afsluiter met manueel kraantje, ook gebruik maken van een demand flow regulator met interne automatische klep.

De pomp in het gasdetectie toestel trekt de klep open. Trek je de kalibratie slang van het gasdetectie toestel dan zal de klep automatisch sluiten zodat gas niet kan “ontsnappen”. De fles loopt dan niet uit zichzelf leeg.

Twee andere afsluiters zijn de push button regulator. Bij indrukken van de bovenste knop geef je gas. Bij loslaten stopt de afsluiter met gas geven.

Een trigger regulator of “pistool” geeft enkel gas bij indrukken van de zwarte hendel.

 

Meer weten over een training over bumpen of het aankopen van ijkgassen en afsluiters voor bumpen van jouw gasdetectie toestellen? Neem contact met ons voor een training of bumpset offerte op maat of bel naar r +32 468 12 50 58.

Schrijf een reactie

Uw emailadres zal niet mee gepubliceerd worden.

Gasdetectie van A tot SAFE®

3 hoofdstukken van het boek nu GRATIS in jouw mailbox!